99,5 procent van de eieren belandt in de legnesten. De halve procent die overblijft kost pluimveehouders veel tijd, zo’n één tot twee uur per dag. Bastiaan Vroegindeweij is promovendus bij de leerstoel Farm Technology. Hij wil pluimveehouders dit werk uit handen nemen. Voor de ontwikkeling van de robot gebruikt hij dezelfde technologie als bij zelfrijdende auto’s: de robot bepaalt de locatie aan de hand van eigen bewegingen en het scannen van de omgeving met een laser. Ondertussen ‘zoekt’ de robotsoftware naar eieren. De testrobot kan al eieren oprapen, zegt Vroegindeweij, maar dit moet nog verder worden verbeterd. Bij fel licht ziet hij bijvoorbeeld eieren over het hoofd en ook bleef niet elk ei heel.
Het rapen van eieren is overigens slechts het begin. Pluimveehouders hebben met hun robot constant ‘ogen en oren’ tussen de kippen om te letten op zieke dieren. Ook kan de luchtvochtigheid en temperatuur heel lokaal worden bijgehouden. Vroegindeweij kan zo dertig toepassingen bedenken waarbij de robot de pluimveehouder kan ondersteunen. Maar hij verwacht dat de raapfunctie genoeg motivatie zal zijn om voor zo’n apparaat te kiezen. Wanneer de robot per stal dagelijks een uur werk vervangt, bespaart het bedrijf volgens hem tienduizenden euro’s per jaar. De robots zijn geen gevaar voor het dierenwelzijn. Kippen wennen er snel aan. De promovendus verwacht over anderhalf jaar een werkend prototype te hebben, dat daarna wordt omgezet in een echt product.