Voergroep Zuid wilde inzicht krijgen in de opbouw van de carbon footprint van Nederlandse geitenmelk. Er zijn nog nauwelijks footprint berekeningen voor de Nederlandse geitenhouderij gedaan, laat staan dat er een kant en klare rekenmethodiek beschikbaar is. Op het punt van bijvoorbeeld methaanemissies uit de pens van melkgeiten is een zo goed mogelijke inschatting gedaan, want ook daarvan is nauwelijks specifieke kennis beschikbaar. De conclusie dat op basis van deze studie de Nederlandse geitenmelk een wat lagere carbon footprint zou realiseren dan koemelk, is dan ook een voorzichtige.
De berekende carbon footprint van geitenmelk lag op de twee praktijkbedrijven (incl. Land Use Change), iets onder de 1 kg CO2-equivalenten per kg melk. In vergelijking met de door de studenten berekende referentie (1,05 kg CO2-equivalenten) scoren de twee praktijkbedrijven dus een 7-10% lagere carbon footprint.
De verdeling van de carbon emissiefactoren op een geitenbedrijf zijn ook in beeld gebracht. De aanvoer van mengvoer draagt bij geitenmelk voor circa 40 procent bij aan de carbon footprint. Dit is veel lager dan bij bijvoorbeeld varkensvlees en eieren. Dit komt onder andere door het gebruik van ruwvoer. De methaanemissies uit pens en mest dragen ongeveer een kwart bij aan de carbon footprint. Verder zijn er nog kleine bijdrages zoals de lachgasemissies uit mest (ca. 15%), ruwvoer (ca. 10%), strooisel (ca. 6%) en energiegebruik (ca. 4%).
Het verhogen van de voerefficiëntie is volgens Voergroep Zuid één van de belangrijkste factoren om de carbon footprint van geitenmelk te verlagen. Dit begint met goed ruwvoer en een optimale inzet van mengvoer. De carbon footprint van mengvoer is te verlagen middels een slimme grondstofkeuze. Zo levert de keuze voor soja waaraan geen land use change (LUC) wordt toegekend al een behoorlijke verlaging op.
Voergroep Zuid gaat de komende tijd meer onderzoek doen om inzicht te krijgen in de carbon footprint van geitenzuivel en de mogelijkheden om deze verder te verlagen. De voerfirma zou het mooi vinden als ook de geitensector op termijn een vergelijkbaar systeem krijgt als de kringloopwijzer bij melkkoeien, en zij zou daar graag een bijdrage aan leveren.